Psalm 78:50

SVHij woog een pad voor Zijn toorn; Hij onttrok hun ziel niet van den dood; en hun gedierte gaf Hij aan de pestilentie over.
WLCיְפַלֵּ֥ס נָתִ֗יב לְאַ֫פֹּ֥ו לֹא־חָשַׂ֣ךְ מִמָּ֣וֶת נַפְשָׁ֑ם וְ֝חַיָּתָ֗ם לַדֶּ֥בֶר הִסְגִּֽיר׃
Trans.yəfallēs nāṯîḇ lə’apwō lō’-ḥāśaḵə mimmāweṯ nafəšām wəḥayyāṯām ladeḇer hisəgîr:

Algemeen

Zie ook: Pestilentie, Ziel

Aantekeningen

Hij woog een pad voor Zijn toorn; Hij onttrok hun ziel niet van den dood; en hun gedierte gaf Hij aan de pestilentie over.


Vertaalnotities

Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
    Zie hier over het gebruik van de interlineair.

יְפַלֵּ֥ס

Hij woog

נָתִ֗יב

een pad

לְ

-

אַ֫פּ֥וֹ

voor Zijn toorn

לֹא־

-

חָשַׂ֣ךְ

Hij onttrok

מִ

-

מָּ֣וֶת

niet van den dood

נַפְשָׁ֑ם

hun ziel

וְ֝

-

חַיָּתָ֗ם

en hun gedierte

לַ

-

דֶּ֥בֶר

Hij aan de pestilentie

הִסְגִּֽיר

gaf


Hij woog een pad voor Zijn toorn; Hij onttrok hun ziel niet van den dood; en hun gedierte gaf Hij aan de pestilentie over.

____

Koop nu

Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!